Cijferrapport

Vaccinaties

Ga snel naar...

Meer detailcijfers over vaccinatiebereik op lokaal niveau.

Cijfers op maat

Ontdek meer over bronnen en registratie- en berekeningswijze van de vaccinatiecijfers.

Achtergrondinformatie en documentatie
Op deze pagina’s vind je cijfers die aangeven hoeveel baby’s en peuters gevaccineerd zijn bij Kind en Gezin.

Een van de gezondheidsdoelstellingen van de Vlaamse Overheid is om de bevolking gedurende het hele leven doeltreffend te beschermen tegen vaccineerbare infectieziekten die een ernstige impact kunnen hebben op de levenskwaliteit. Jonge kinderen zijn een belangrijke doelgroep voor het preventieve gezondheidsbeleid dat mee uitgevoerd wordt door Kind en Gezin. Daarom geven we cijfers over het vaccinatiebereik van Kind en Gezin, dat het merendeel van de baby’s en peuters in Vlaanderen vaccineert volgens het aanbevolen basisvaccinatieschema.  

Inleiding op de cijfers vaccinatiebereik Kind en Gezin

Het Agentschap Opgroeien berekent cijfers over haar eigen vaccinatiebereik bij jonge kinderen op basis van gegevens uit het registratiesysteem Mirage. We geven de cijfers weer per geboorte- en levensjaar van de kinderen. Om de evoluties in het bereik van Kind en Gezin zuiver te schetsen, rapporteren we enkel cijfers over kinderen die respectievelijk in Vlaanderen of in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn geboren en er bleven wonen in hun eerste levensjaren. Kind en Gezin vaccineert uiteraard ook kinderen die bij de geboorte elders woonden en/of kinderen die intussen uitgeweken zijn, maar die kinderen zijn niet opgenomen in de cijfers. 

De cijfers omvatten enkel de vaccinaties toegediend door Kind en Gezin, maar niet de vaccinaties door andere vaccinatoren (huisarts, kinderarts, ...). De cijfers kunnen niet gebruikt worden om uitspraken te doen over de algemene vaccinatiegraad. De restgroep “kinderen gevaccineerd door andere vaccinatoren of onbekend” omvat immers zowel kinderen die al hun vaccindoses buiten Kind en Gezin hebben gekregen, als kinderen die niet gevaccineerd zijn.  

Voor elk kind in de databank weten we of het 1, meerdere of alle vaccindoses tegen de infectieziekten uit het vaccinatieschema van Kind en Gezin kreeg. Op basis van die gegevens berekenen we 3 indicatoren:  

  • cijfers over kinderen die bij Kind & Gezin minstens 1 vaccindosis tegen een bepaalde infectieziekte kregen,  
  • cijfers over kinderen die bij Kind & Gezin alle aanbevolen vaccindosissen tegen een bepaalde infectieziekte kregen. We besteden daarbij extra aandacht aan het aandeel kinderen dat bij Kind en Gezin alle vaccins heeft gehad die wettelijk verplicht zijn tegen de ziekte poliomyelitis.  
  • Cijfers over kinderen die alle aanbevolen vaccins kregen bij Kind en Gezin en op 6 maanden en 18 maanden volgens het aanbevolen vaccinatieschema op schema zitten.  

Voor meer info over de bronnen en de berekeningswijze, zie hier. 

Evoluties moeten wel voorzichtig geïnterpreteerd worden, want de meest recente cijfers zijn voorlopige cijfers die nog kunnen wijzigen. Opgroeien vernieuwt elk jaar de cijfers voor de 2 meest recente jaren omdat er altijd kinderen zijn die pas na het analyseren van de data gevaccineerd worden. Data worden jaarlijks vernieuwd in februari en augustus.  

Cijfers over kinderen die bij Kind en Gezin minstens 1 dosis tegen een bepaalde infectieziekte kregen in het eerste levensjaar

Onderstaande figuur toont de evolutie van het aandeel kinderen dat bij Kind en Gezin in het eerste levensjaar minstens 1 vaccindosis tegen de vermelde ziekte kreeg, maar niet noodzakelijk het aanbevolen aantal dosissen bij Kind en Gezin.  

De cijfers bevestigen dat Kind en Gezin de belangrijkste vaccinator is voor zeer jonge kinderen. 89,5% van de kinderen geboren in 2022 in het Vlaams Gewest kreeg in het eerste levensjaar minstens 1 vaccin tegen polio van Kind en Gezin, 88% werd minstens 1 maal ingeënt tegen pneumokokken bij Kind en Gezin. De cijfers tegen de andere infectieziekten uit het basis vaccinatieschema situeren zich daartussen. 

Het vaccinatiebereik (minstens 1 dosis) van Kind en Gezin in het eerste levensjaar bleef de voorbije 5 jaren nagenoeg stabiel, al valt wel op dat de cijfers iets lager liggen voor kinderen geboren in 2020 en in mindere mate voor kinderen geboren in 2021. We vermoeden dat dit te maken heeft met de Covid-19 epidemie waarbij de dienstverlening tijdelijk anders is georganiseerd. Het aandeel kinderen dat minstens 1 dosis tegen polio kreeg bij Kind en Gezin is voor kinderen geboren in 2022 toegenomen in vergelijking met de voorgaande jaren.  

In het aanbevolen basisvaccinatieschema zit ook het vaccin dat beschermt tegen het rotavirus. Het vaccinatiebereik van Kind en Gezin blijft ook hier hoog met 82,6%, maar het bereik is duidelijk minder hoog dan bij de andere infectieziekten. We vermoeden dat minstens 2 redenen het verschil veroorzaken.  

  1.  Het rotavirusvaccin moet vóór een bepaalde leeftijd (24 of 32 weken, afhankelijk van type vaccin) worden toegediend en kan niet ingehaald worden.  
  2. Het rotavirusvaccin wordt maar deels terugbetaald door het RIZIV en kost ouders normaliter 12,10 euro per dosis (8 euro bij verhoogde tegemoetkoming). De prijs en het feit dat ouders het moeten aankopen en meebrengen kan voor sommige ouders een drempel zijn. Het verschil in de bereikcijfers naar kansarmoede lijkt te illustreren dat deze drempel meespeelt. Het aandeel kinderen met minstens 1 dosis tegen het rotavirus bedraagt 84,6% onder kinderen die in 2022 niet in kansarmoede werden geboren, bij kinderen in kansarmoede ligt het aandeel iets lager (80%).

Vaccinatiebereik Kind en Gezin eerste levensjaar in het Vlaams Gewest

Cijfers over kinderen die bij Kind en Gezin alle aanbevolen dosissen tegen een bepaalde infectieziekte kregen in het eerste levensjaar

Opdat kinderen beschermd zouden zijn op korte en lange termijn worden voor bepaalde infectieziekten dosissen meermaals toegediend. Zo zijn bv voor kinkhoest (pertussis) 3 dosissen aanbevolen in het eerste levensjaar en een herhalingsdosis in het tweede levensjaar vóór de leeftijd van 18 maanden.  

Onderstaande cijfers en visuals geven weer hoeveel procent van de kinderen in het eerste levensjaar het aanbevolen aantal dosissen van Kind en Gezin kreeg. Deze cijfers zijn ook terug te vinden in de algemene dashboards bij Cijfers op maat.  

Van de kinderen die in 2022 in het Vlaams Gewest geboren zijn en daar op 31 december 2023 nog woonden, kreeg: 

  • 79,2% in het eerste levensjaar de 3 aanbevolen dosissen bij Kind en Gezin voor pertussis, tetanus, difterie, Hepatitis B en Hib (Haemophilus influenzae type b); 
  • 86,6% in het eerste levensjaar 2 of 3 aanbevolen dosissen bij Kind en Gezin tegen poliomyelitis; 
  • 82,2% in het eerste levensjaar de 2 of 3 aanbevolen dosissen tegen pneumokokken (er worden 3 doses aanbevolen bij prematuren < 37 weken) van Kind en Gezin; 
  • 74,2% in het eerste levensjaar de 2 of 3 aanbevolen dosissen tegen het rotavirus (betalend vaccin) bij Kind en Gezin. 

De cijfers berekend voor alle aanbevolen dosissen gegeven bij Kind en Gezin liggen lager dan de cijfers berekend als de bereikcijfers ‘minstens 1 dosis’, maar liggen wel nog op een hoog niveau.  
Sommige van de aanbevolen dosissen kunnen bovendien toegediend zijn buiten Kind en Gezin wat niet zichtbaar is in deze cijfers.  

Ook de cijfers over alle aanbevolen doses bij Kind en Gezin bleven de laatste 5 jaar vrij stabiel. Er is voor de vaccinaties in het eerste levensjaar dus geen sprake van een dalende trend in het vaccinatiebereik door Kind en Gezin. 

Evolutie vaccinatiebereik in het eerste levensjaar in het Vlaams Gewest

Cijfers over vaccinatiebereik Kind en Gezin in het tweede levensjaar

Onderstaande figuur toont de evolutie van het aandeel kinderen dat bij Kind en Gezin in het tweede levensjaar het vaccin tegen de vermelde ziekte kreeg. Voor de infectieziekten mazelen, bof, rubella en meningokokken gaat het om een eerste dosis, voor polio, pertussis, tetanus, difterie, hepatitis b, hib en pneumokokken is dit een herhalingsdosis.  

  • Het vaccinatiebereik van Kind en Gezin in het tweede levensjaar ligt iets lager dan in het eerste levensjaar (zie figuur minstens 1 dosis), maar wel nog steeds hoog. Met uitzondering van de cijfers tegen meningokokken C (78%), bedraagt het vaccinatiebereik tegen de andere infectieziekten minstens 82,3% voor kinderen geboren in 2021. 
  • Voor het tweede levensjaar zien we voor kinderen geboren in 2020 voor enkele infectieziekten -net zoals in de cijfers over het eerste levensjaar- een beperkte daling in het bereik die te maken heeft met de Covid crisis. Maar voor het geboortejaar 2021 ligt het bereik voor alle infectieziekten weer hoger, behalve voor meningokokken C.  
  • Dat het vaccinatiebereik tegen meningokokken C lager ligt, heeft zeker ook te maken met de invoering van een nieuw combinatievaccin dat niet alleen tegen type C beschermt, maar ook tegen types A, W en Y van het meningokokkenvirus.  

In de zomer van 2019 gaf de Hoge Gezondheidsraad immers het advies om kinderen op de leeftijd van 15 maanden het meningokokken ACWY-vaccin te geven in plaats van het meningokokken C-vaccin. Het ACWY-vaccin was toen echter nog niet gratis (ongeveer 50 euro). Ouders die het combinatievaccin verkozen dienden het zelf aan te kopen en mee te brengen naar de vaccinator. Net zoals bij het rotavirus merkte Kind en Gezin diverse drempels waaronder financiële redenen (hoge kostprijs gezien geen terugbetaling), organisatorische redenen (voorschrift verliezen, vaccin vergeten mee te nemen, onduidelijkheid over moment van vaccineren, naar huisarts/kinderarts gaan om vaccinatie in te halen, …), kennis over het vaccin (ouders die twijfelen over keuze gratis vaccin of betalend vaccin, …). Wanneer ouders geen gecombineerd vaccin bij zich hadden kregen zij bij Kind en Gezin wel het aanbod van het gratis vaccin voor meningokokken C. Doch we zien dat een dubbel systeem (betalend/niet betalend) het vaccinatiebereik moeilijker maakte, waardoor er kinderen zijn die uiteindelijk geen enkel meningokokkenvaccin (C of ACWY) lieten zetten..  
Omdat de uitbreiding naar types A, W en Y in het gratis basisvaccinatieschema pas in juli 2023 gebeurde, bevatten de cijfers op dit moment een optelsom van de kinderen die gevaccineerd zijn tegen meningokokken C of meningokokken ACWY. De kinderen in deze ziektegroep zijn dus allen beschermd tegen minimum type C.  

We kunnen nu nog geen effect zien van het volledig gratis worden van het meningokokkenvaccin. Kinderen geboren in 2023 zullen de eerste cohorte zijn die allemaal een gratis vaccin tegen meningokokken ACWY kregen aangeboden.  

Vaccinatiebereik Kind en Gezin in het tweede levensjaar in het Vlaams Gewest

Cijfers over vaccinatiebereik Kind en Gezin voor het vaccin tegen polio bij jonge kinderen.

Poliomyelitis is de enige infectieziekte waar je je in België verplicht tegen moet laten vaccineren. Ouders moeten een bewijs van volledige vaccinatie aan de gemeente bezorgen ten laatste op het moment dat hun kind 18 maanden wordt.  

Opgroeien berekent welk aandeel van de jonge kinderen voldoet aan deze regel en dus minstens 2 vaccinaties in het eerste levensjaar én 1 vaccinatie in het tweede levensjaar heeft gekregen bij Kind en Gezin. Volgens onze gegevens heeft 80,9% van de kinderen geboren in 2021 tegen polio minstens 2 vaccinaties in het eerste levensjaar én 1 vaccinatie in het tweede levensjaar gekregen bij Kind en Gezin. Het gaat hier om kinderen geboren in het Vlaams Gewest en er op 31 december van hun tweede levensjaar nog woonden. De cijfers mogen niet geïnterpreteerd worden als indicatie voor de vaccinatiegraad tegen polio, omdat de kinderen die volledig gevaccineerd zijn tegen polio, maar niet alle vaccins bij Kind en Gezin kregen, niet meegeteld worden in de teller van de berekening. 

Evolutie afgewerkt wettelijk polioschema (KB 26/10/1966) bij Kind en Gezin voor kinderen geboren in het Vlaams Gewest

Cijfers over kinderen die alle vaccins uit het aanbevolen vaccinatieschema kregen bij Kind en Gezin

De nieuwe gezondheidsdoelstellingen vaccinatie 2024-2030 willen verbetering op vlak van het volledig afwerken van het aanbevolen vaccinatieschema. We tonen daarom hoeveel kinderen volledig (volgens het aanbevolen vaccinatieschema) gevaccineerd zijn door Kind en Gezin voor de leeftijd van 6 en 18 maanden.  

  • Op de leeftijd van 6 maanden zijn 75,3% van de kinderen geboren in 2021 in het Vlaams Gewest volledig gevaccineerd door Kind en Gezin. Indien we ook het betalend rotavirusvaccin meetellen gaat het om 69,2% van de kinderen.  
  • Op de leeftijd van 18 maanden zijn nog 64,8% (59,9% inclusief het rotavirusvaccin) van de kinderen geboren in 2021 volledig gevaccineerd door Kind en Gezin. 
    Sommige van de aanbevolen dosissen kunnen toegediend zijn buiten Kind en Gezin wat niet zichtbaar is in deze cijfers. 

In de dashboards bij cijfers op maat vind je deze cijfers ook terug op basis van kansengroepen. Kansarme kinderen zijn vaker volledig gevaccineerd door Kind en Gezin dan niet-kansarme kinderen. Kinderen met een moeder met origine niet-Belg zijn ook vaker volledig gevaccineerd door Kind en Gezin dan kinderen met een moeder van Belgische origine. Dit toont mede het belang aan van een gratis, laagdrempelige en sterk georganiseerde preventieve zorg. 

Kinderen volledig gevaccineerd bij Kind en Gezin op 6 maanden en op 18 maanden

Meer weten over het vaccinatiebereik van Kind en Gezin?

Onder cijfers op maat zijn er in het dashboard Gewest en eerstelijnszone meer details te vinden per gewest, per eerstelijnszone en naargelang de origine van de moeder en de kansarmoedesituatie in het gezin.  

Cijfers over het vaccinatiebereik per provincie , per lokaal gezondheidsoverleg en per gemeente vind je in het lokale dashboard onder cijfers op maat. 

We volgen de cijfers ook op per half jaar door te kijken naar het vaccinatiebereik bij kinderen geboren in het eerste of tweede semester van een bepaald geboortejaar. De meest recente cijfers vind je in dit dashboard.  

Vaccinatiegraadstudie

Uit de Vaccinatiegraadstudie (2020), een steekproefonderzoek uitgevoerd in opdracht van het agentschap Zorg en Gezondheid, weten we dat jonge kinderen in het Vlaamse Gewest in zeer hoge mate gevaccineerd zijn tegen de belangrijkste vaccineerbare infectieziekten. De vaccinatiegraad bij jonge kinderen (geboren in 2019) in het Vlaamse Gewest ligt voor alle basisvaccins ruim boven de 90%.  

Departement Zorg plant in de toekomst ook cijfers op basis van registratiesystemen te communiceren over het vaccinatiebereik in Vlaanderen. 

Ook interessant
Nog niet gevonden wat je zocht?
Vraag het aan team Beleidsonderbouwing
Diederik Vancoppenolle, wetenschappelijk adviseur Opgroeien

Het team Beleidsonderbouwing bundelt wetenschappelijk onderzoek en datarapportering en -monitoring. 

Team Beleidsonderbouwing