Praktijk

CIG Ten Anker en partners, een nest rond een nest!

Het CIG Ten Anker kent binnen zijn erkenning de opdracht begeleiding en verblijf te bieden aan ouders, al dan niet alleenstaand, hun kinderen en aanstaande ouders, van wie de gezinscohesie, de zorg voor de komende generatie en de maatschappelijke integratie in het gedrang komt of reeds verstoord is. Bij alle gezinnen aangemeld in het CIG, zijn er problemen op méér dan twee levensdomeinen. Tellen we daar de verhoogde chronische stress die deze problemen met zich meebrengt binnen het gezin bovenop en we kunnen concluderen dat de ‘grijze’ zone van het relationeel en pedagogisch grensoverschrijdend gedrag tussen ouder en kind waarbinnen het CIG opereert, een constante monitoring en bij schakeling van zijn hulpverlening vraagt.

Doel

Voor de organisaties:

De keuze voor een rechtstreeks toegankelijk, hybride aanbod waarin de werkvormen van de partners flexibel én op maat van de gezinnen ingezet worden. We spreken over het realiseren van een vloeiend continuüm tussen het preventief, mobiel, ambulant en residentieel aanbod met als doel de complexe realiteit van gezinnen met jonge kinderen adequater aan te pakken en de ontwikkelingskansen van kinderen en hun gezin maximaal te realiseren binnen het duurzaam en haalbaar ouderschap, in welke vorm dan ook.

Voor de gezinnen:

  • binnen de veiligheid van het partnerschap, waar taxatie – indicatie en aanbod wordt gedeeld
  • binnen de veiligheid van de leefgroepen, waar aanwezigheid en nabijheid emotionele en fysieke veiligheid garanderen
  • binnen de complementariteit van visies, waar een pleeggezin, een infant groep, een veiligheidsplan SOS, het klimaat creëert waar IMH- behandeling, traumatherapie…kan worden toegepast. Waar afspraken worden gemaakt om een veilige omgeving te garanderen. Waar de veiligheid de ruimte geeft aan onder andere IMH om verdiepend aan ouderschap te werken.
  • samen werken aan risico gestuurde hulp, waar hieronder geschetste ouderproblematieken geen tegenindicatie zijn maar de intrinsieke motivatie voor verandering primair is. Waar in partnerschap en vertrouwen gewerkt wordt aan de risico’s in relatie tot het haalbaar ouderschap.
  • in de hoop te komen tot herstel -voor kind, ouder en ouder-kind relatie- binnen de Eerste Duizend Dagen

Doelgroep

Jonge kinderen (-9 maand tot 5 jaar) en ouder(s) met de vragen: ‘wat betekent het om kind te zijn van deze ouder?’ en ‘Wat betekent het om ouder(s) te zijn van dit kind?.

Gezinnen, waarbij twee of meer domeinen (kind, ouder of omgeving) onder druk staan of reeds hebben geleid tot een breuk omwille van de ernstige verontrusting over de het Welzijn van de gezinsleden en in het bijzonder dat van het jonge kind.

Bijzondere kenmerken :

  • Ghost in the nursery: kinderen van een ouder die zelf een zware tot zelfs traumatische kindertijd en jeugd achter de rug heeft en bij wie het (onverwerkte) verleden een negatieve invloed dreigt uit te oefenen op de dagelijkse zorg en omgang met het kind en zeker wanneer dit reeds het geval is
  • (In)compabiliteit van de ouderproblematiek(en) met het ouderschap, kinderen van een ouder met dermate fysieke (bv. een progressieve spierziekte,...), psychische (bv. een diagnose van borderline of autisme, agressieproblematiek, drugsverslaving,…) of mentale (bv. diagnose type II qua mentale handicap,…) problemen dat de dagelijkse zorg en het relationele aanbod naar het kind toe in erge mate in het gedrang komt tot zelfs volledig onaangepast verloopt of onmogelijk wordt.
  • Jong kwetsbaar ouderschap, kinderen van een minderjarige ouder, zeker wanneer deze ouder geen beroep kan doen op een partner noch op familie ter ondersteuning in de dagelijkse zorg en opvoeding van het (ongeboren) kind in kwestie.
  • Geweld en misbruik, kinderen die opgroeien binnen relaties waarin partnergeweld/intrafamiliaal/seksueel misbruik geweld (verbaal en/of fysiek) een belangrijke rol speelt,… waardoor emotionele beschikbaarheid, stabiliteit, continuïteit en voorspelbaarheid in het relationeel aanbod naar het kind toe onvoldoende tot niet gewaarborgd zijn en mogelijks zelfs de fysieke en emotionele veiligheid van het kind bedreigd is.
  • Maatschappelijke kwetsbaarheid, kinderen in gezinnen waar de materiële voorwaarden in het kader van de dagelijkse zorg naar het kind toe onvoldoende vervuld zijn door verregaande financiële problemen (bv. laag tot geen inkomen, hoge schuldenlast,…), huisvestingsproblemen (bv. dakloosheid, erg vuile of erg kleine woning,…)
  • Mentale en/of fysieke beperkingen van het kind, kinderen met een moeilijke ‘andere’ start in het leven; de geboorte was anders dan verwacht en de ontwikkeling van het jonge kind dreigt geen spontaan en vanzelfsprekend gebeuren te worden.

Werkwijze

Integrale comprehensieve gecoördineerde aanpak met veel ruimte voor creativiteit en flexibiliteit.

We pleiten voor een gefaseerde aanpak en streven naar een kwaliteitslabel. Indiceren van haalbaar ouderschap is een opdracht waarmee we ingrijpen in de bestaansredenen van een gezin en bijgevolg kan hier niet licht worden over gegaan.

Veiligheid

1. observatie en indicatie: handelingsgerichte gezinsdiagnostiek: curatief preventief - intensieve ouder-kind begeleiding: IMH = brug mentaal en emotioneel welzijn van kind én ouder – netwerkscreening Family Finding

Mentaliseren

2. trainen en installeren: in overleg en in samenspraak met het gezin te evalueren binnen welke werkvorm (residentieel-mobiel-ambulant) dit proces kan gelopen worden binnen het partnerschap. Naast het dagelijkse leven binnen de leefgroep zetten we in op deelname aan de groepstrainingen en –indien nodig- de verdiepende individuele sessie IMH, DGT, PMC, traumatherapie en psychomotorische therapie voor de kinderen. Er wordt maximaal ingezet op het netwerk en veiligheidsplanning.

Belang van snelle en flexibele inzet: rechtstreeks toegankelijk aanbod residentieel.

Belang van partnerschap: schakelen in functie van het traject, voortbouwend op indicatie van partner. We streven naar een interdisciplinair, intersectoraal instroombeleid over de diverse werkvormen heen en nemen de wetenschappelijke inzichten, verworven uit de zorgtafels binnen zorggarantie, mee.

De methodiek van de leefgroep - aanklampend in nabijheid volgens de Nieuwe Autoriteit – Geweldloos verzet

In zijn pleidooi voor ‘nabijheid’ wordt de keuze van het CIG om bij ernstige verontrusting te blijven kiezen voor een doorgedreven leefgroep werking bekrachtigd. Binnen de mogelijkheid die de leefgroep biedt om in het dagdagelijkse leven steeds opnieuw te observeren indiceren, trainen, corrigeren én indien nodig/gewenst over te nemen kan een gementaliseerd haalbaar ouderschap worden geïnstalleerd en de ontwikkelingskansen van het jonge kind worden geoptimaliseerd.

Center pregnancy – center parenting: het belang van Peer-to-peer en peer support. Niettegenstaande de complexiteit van het werken met leefgroepen van gezinnen die disfunctioneren, overweegt het positief effect van het principe van Center Parenting op de complexe dynamiek binnen de leefgroepen, zowel binnen het dagdagelijks leven als binnen de wekelijkse groepstrainingen.

Partners

In samenwerking met de regionale partners Agentschap Opgroeien in hun engagement organisatie overschrijdend om flexibel en snel te schakelen op het zorgcontinuüm voor het jonge kind.

In samenwerking met de diensten GGZ en psychiatrie

In samenwerking met de perinatale netwerken en ziekenhuizen in het kader van de perinatale mentale zorgpaden.

Wat maakt je praktijk tot een succes?

Duidelijke keuzes als organisatie voor visie kwaliteit, verdieping en expertise.

Bereidheid van de organisatie tot het investeren in financiën en tijd in expertise verwerven en delen.

Het creëren van een draagvlak binnen de organisatie voor én een handelingsbereidheid in de visies en methodieken in dewelke de organisatie investeert, onder andere via opleiding.

Durf zich te positioneren binnen de hulpverlening direct of indirect (via de volwassenhulpverlening) op het jonge kind.

Het betrekken van de maatschappij en de maatschappelijke tendensen in het geloof van de organisatie in het cruciale belang van de Eerste 1000 dagen.

Welke uitdagingen liggen er voor?

Het CIG ziet in deze een belangrijke uitdaging voor zichzelf en de partners om een duurzame veilig haven te installeren voor enerzijds de jonge kinderen die niet in het gezin kunnen verblijven als anderzijds voor de gezinnen die een duurzame vorm van woonzorg nodig hebben.

Het verhaal van de ouder-kind relatie als cliënt is het verhaal van de hulpverlening, terwijl de ouders meestal de port of entree buiten zichzelf leggen; vooral vragen van pedagogische en maatschappelijke aard zijn aan de orde op kennismakingsgesprekken; vaak hopen zij in deze ook de oplossingen te vinden voor hun problemen. Gezien de zeer jonge leeftijd van de kinderen en het feit dat zij nog niet voor zichzelf kunnen spreken, vraagt het verder onderzoek naar hoe we beide perspectieven (ouder én kind) in balans kunnen brengen zonder de ontwikkelingskansen van het jonge kind, het algemeen welzijn van de ouders én hun motivatie aan de slag te gaan onder te hoge druk te plaatsen.

De uitdaging van een intersectorale en trans disciplinaire toeleiding en het traject vanuit 1 instroombeleid.

Auteur

CIG Ten Anker

Jaar van publicatie

2023
Vragen?
Neem dan contact op met:
Ook interessant