Voor u ligt de 26ste editie van het Jaarboek Armoede en Sociale Uitsluiting. Net zoals bij de vorige editie is dit een uitgave waarbij we inzoomen op één enkel thema, namelijk het lokaal sociaal beleid. De belangrijkste reden voor deze keuze is dat er een momentum wordt gecreëerd voor een uitgebreide reflectie over het lokaal sociaal beleid door de opkomende lokale verkiezingen in 2018, maar ook door de nieuwe decreten die op stapel staan.
De nieuwe decreten die onlangs door de Vlaamse Regering in voorontwerp werden goedgekeurd, doen heel wat stof opwaaien. Het voorontwerp van het decreet Lokaal Sociaal Beleid schuift de contouren naar voren van een sociaal beleid dat gericht is op een maximale realisatie van sociale grondrechten. De plannen van dit decreet zijn zeer ambitieus, elke gemeente of stad moet namelijk werken aan een Geïntegreerd Breed Onthaal dat zowel generalistisch, krachtgericht, participatief, proactief als outreachend de strijd tegen onderbescherming tracht aan te gaan. Onderbescherming wordt hierbij niet uitsluitend opgevat als een non-take-up van het recht op financiële bijstand of een leefloon, maar als een situatie waarbij de sociale grondrechten van burgers – zoals vastgelegd in artikel 23 en 24 van de Belgische grondwet – niet worden uitgeput. Daarnaast is ook de bestuurlijke context van het lokale beleid aan verandering onderhevig. Het fel besproken decreet Lokaal Bestuur met de integratie van de Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW) in de gemeenten als belangrijkste vernieuwing, gaat, mits goedkeuring door de Raad van State, in vanaf 2019. Deze decreten leggen heel wat verantwoordelijkheden bij de lokale besturen wat betreft het ontwikkelen van een sociaal beleid. Het lokale bestuur wordt hierbij aanzien als een belangrijke actor die in samenwerking met diverse actoren op het lokale terrein én in afstemming met centrale overheden een lokaal sociaal beleid ontwikkelt.
Dat het lokale niveau van de gemeente of stad een belangrijke rol krijgt toegeschreven in de strijd tegen armoede is een tendens die zich niet alleen afspeelt in eigen land. Diverse internationale studies tonen aan dat het lokale niveau ook in andere Europese landen centraler komt te staan in de strijd tegen armoede (Kazepov, 2010; Martinielli, Anttonnen, & Mätzke, 2017). Martinielli e.a. (2017) stellen vast dat er in veel Europese landen een verticale ‘division of labour’, oftewel een verticale taakverdeling wordt doorgevoerd tussen diverse beleidsniveaus waarbij het lokale beleidsni22 Inleiding veau steeds meer verantwoordelijkheden opneemt op het gebied van sociaal beleid. Dat lokale besturen hiermee een belangrijke, maar uitdagende opdracht verkrijgen, is evident. Lokale overheden staan in de frontlinie van het sociaal beleid en worden vaak als eerste geconfronteerd met nieuwe noden, nieuwe doelgroepen en nieuwe sociale risico’s. Deze complexe situaties zijn veelal het resultaat van mondiale ontwikkelingen, zoals de toenemende globalisering, de economische crisis en de toenemende migratie en vluchtelingenstromen waar lokale overheden zelf geen vat op hebben (Martinielli e.a., 2017).
Daarnaast stellen Martinielli e.a. (2017) dat deze verticale taakverdeling tussen bovenlokale en lokale beleidsniveaus ook gepaard gaat met een ‘horizontal division of labour’ of ‘horizontale taakverdeling’ waarbij lokale overheden samenwerken met diverse actoren op het lokale terrein. Meer specifiek gaat het hier over de diverse lokale middenveldactoren die elk een bepaalde expertise kunnen inbrengen in het lokale beleid. Het is dan aan de lokale overheid om deze expertise te bundelen en op een constructieve wijze in te zetten om een lokaal beleid te voeren dat op proactieve wijze de structurele achterstelling van kwetsbare doelgroepen kan aanpakken en voorkomen. De uitdagingen voor lokale besturen zijn groot, maar niet onmogelijk. Dit Jaarboek wil beleidsmakers op alle relevante beleidsniveaus uitdagen om mee te werken aan een toekomstig en ambitieus lokaal sociaal beleid waarbij de lokale overheid samen met de diverse actoren op het terrein en in afstemming met de federale en regionale overheden een belangrijke rol opneemt in de strijd tegen armoede. De plannen om tegen 2019 zowel het lokale bestuur te hervormen als een nieuw decreet Lokaal Sociaal Beleid uit te rollen over heel Vlaanderen kunnen enkel slagen als er ook wordt gewerkt aan een vertaalslag naar een concrete implementatie van dit beleid op het lokale niveau. De volgende tien hoofdstukken belichten het lokaal sociaal beleid steeds vanuit een andere invalshoek. Vooraleer deze hoofdstukken aan bod komen, gaan we bij wijze van inleiding verder in op het concept armoede en bieden we een overzicht van de diverse mijlpalen binnen het Vlaamse lokaal sociaal beleid. De volgende paragrafen bieden de context waarbinnen de hoofdstukken van dit Jaarboek zijn ingebed.