De Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) omschrijft VGV als elke ingreep die leidt tot een gedeeltelijke of volledige verwijdering van de externe geslachtsorganen van de vrouw of elke andere verwonding van de vrouwelijke geslachtsorganen toegebracht om niet-medische redenen.
De verschillende vormen van VGV werden ondergebracht in 4 verschillende types. Deze classificering werd aangepast in 2020.
- Type 1 of clitoridectomie is de gedeeltelijke of volledige verwijdering van de eikel van de clitoris en/of de voorhuid van de clitoris.
- Type 2 of excisie is de gedeeltelijke of volledige verwijdering van de eikel van de clitoris en de kleine schaamlippen, met of zonder verwijdering van de grote schaamlippen.
- Type 3 of infibulatie is de vernauwing van de vaginale opening met het verwijderen en dichtnaaien van de kleine en/of grote schaamlippen, met of zonder verwijdering van de eikel van de clitoris.
- Type 4 omvat alle andere schadelijke ingrepen op de vrouwelijke geslachtsorganen om niet-medische redenen, zoals prikken, piercen, snijden, insnijden en uitbranden. (WHO, 2020)
In de praktijk wordt vaak een onderscheid gemaakt tussen 2 types: excisie en infibulatie. Voor een zorgkundige die niet vertrouwd is met de praktijk, is het namelijk moeilijk het verschil tussen type 1 en 2 type te zien. Soms groeien de binnenste labia dicht na een besnijdenis, zonder dat de vagina-opening doelbewust vernauwd werd.