Talrijk onderzoek toont aan dat vlak na de geboorte van een kind een (tijdelijke) afname te zien is in de tevredenheid en kwaliteit van de partnerrelatie. Dit wordt verklaard vanuit gevoelens van onzekerheid in de beginfase van het ouderschap, minder tijd hebben voor elkaar, emoties minder goed uiten, minder inlevend reageren, spanning ervaren op het gebied van taakverdeling, beperking in vrijheden, rolverwarring en het hebben van minder energie. Risicofactoren zijn reeds aanwezige problemen voor de komst van het kind, minder communiceren, geen realistische verwachtingen.
Hoe deze transitieperiode verloopt is afhankelijk van een groot aantal factoren zoals betrokkenheid van de partner, mentale en fysieke ondersteuning van de partner, temperament van het kind, overwerken van vaders. Investeren in de partnerrelatie is hier van groot belang. Er is aandacht nodig voor ouderschap en partnerschap in de periode tussen conceptie en geboorte.
Als we aanstaande ouders willen ondersteunen moeten we hen ook voorbereiden op hun nieuwe rol als partners, met aandacht voor een constructieve samenwerkingsrelatie tussen ouders. Als partners goed samenwerken en positief communiceren heeft dit niet enkel invloed op hun ouderwelzijn, maar ook op het opvoedgedrag van de ouder en de ontwikkeling van het kind.
Inspirerend programma:
Het Amerikaans psycho-educatief programma ‘Family Foundations’ (M. Feinberg) voor aanstaande en beginnende ouders richt zich op de samenwerkingsrelatie vooraleer je ouder bent. Onderzoek van Feinberg toont aan dat partners die nog geen ouder zijn en die het programma ‘Family Foundations’ aangeboden krijgen voor het versterken van hun relatie, ervoor zorgt dat ze zich later gesteund en zeker voelen in ouderschap. Dit programma richt zich op de samenwerkingsrelatie tussen (aanstaande) ouders. Het betreft een programma met 5 prenatale en 4 postnatale sessies.
Uit onderzoek blijkt dat de effecten op korte en lange termijn zeer positief zijn. Ouders geven aan zich beter in hun vel te voelen, zich zeker te voelen in hun ouderschap, minder angst en depressie te ervaren, minder negatieve communicatie tussen partners te hebben. Ook zijn er positieve lange termijneffecten bij kinderen.
De Hogeschool van Leiden ging met dit programma aan de slag onder de naam Ouderteam. Het programma werd vertaald en aangepast aan de Nederlandse situatie. Dit is gebeurd aan de hand van focusgroepen met professionals en een pilottraining met ouders. Hogeschool Leiden onderzoekt de tevredenheid, toepasbaarheid en effectiviteit van het programma in samenwerking met de Penn State University waar Feinberg werkzaam is.
Bronnen
- Carolien Gravesteijn. (2015) Ouderschap in ontwikkeling. De kracht van alledaags ouderschap. Uitgeverij SWP Amsterdam
- Feinberg, M. (2003) Kinderen krijgen en samen opvoeden: een raamwerk voor preventie. Kind en adolescent review, 5-52